Stehlings 12 Gaststätte Piänche

Deutsch

Historie

Gasthof Rurblick das „Piänchen“ auf dem Stehlings

das Haus auf dem Stehlings wurde Ende des 18. Jahrhunderts von dem Tuchfabrikanten Matthias Schlösser als Wohnhaus erbaut und wurde später zu einer der beliebtesten Gaststätten Monschaus.

Am 26. September 1886 brach auf dem Stehlings im nebenan liegenden Haus des Schusters und Gastwirts Wilhelm Richard Piana ein Brand aus, der in kürzester Zeit das ganze Gebäude einäscherte. Glücklicherweise kam es weder zu Toten oder Verletzten.

Im Jahre 1887 erwarb Wilhelm Richard Piana das einige Meter entfernte liegende Haus von Matthias Schlösser und errichtete dort eine Schankwirtschaft, in der die Monschauer egal ob jung oder alt, viele Vereine, fröhliche Festveranstaltung jahrelang eine Bleibe fanden, die erst 2010 zu Ende ging.

Nachfolger von Wilhelm Piana wurde sein Sohn Theodor der ursprünglich das Schneider Handwerk erlernt hatte. Im Mai 1920 erhielt er die Konzession zur Führung der historischen Gastwirtschaft. Ihm folgten Gertrud Schmitz geborene Jansen die Enkelin des Großvaters Richard.

Nach dem Zweiten Weltkrieg führten die Familie Schmitz die Gastwirtschaft weiter. In den 1970 er Jahren wurde das Haus an Luzi Bräutigam verpachtet, die die Tradition des Hauses bis zum Jahre 2010 weiter pflegte.

Zur Inneneinrichtung der Gastwirtschaft gehörte ein Uhrenschrank aus des Mitte des 18. Jahrhunderts und auch die Thonet-Stühle, ein weit verbreitetes Caféhaus Möbel.

Das „Piänchen“ weist eine Besonderheit auf:
die reich gezierte Haustüre aus Eiche. Diese Türe zeigt alle Embleme des Todes: das Stundenglas mit Flügeln, ein Hinweis auf das schnell fliegende Leben; dann sieht man eine Grabschaufel, die Sense eines Knochenmanns, die Todesfackel, sowie eine Krone und einen Kranz. Embleme, die darauf hinweisen, dass auch Könige, Sieger oder Künstler ebenso wie alle Menschen sterben müssen.

English

History

Inn Rurblick the "Piänche" on the Stehlings

the house on the Stehlings was built at the end of the 18th century by the cloth manufacturer Matthias Schlösser as a residential house and later became one of Monschau's most popular inns.

On 26 September 1886, a fire broke out in the adjacent house of the cobbler and innkeeper Wilhelm Richard Piana on the Stehlings, which quickly incinerated the entire building. Fortunately, there were no fatalities or injuries.

In 1887, Wilhelm Richard Piana bought the house a few metres away from Matthias Schlösser's and built a tavern there, where the people of Monschau, young and old, many clubs and festive events found a place to stay for many years, which only came to an end in 2010.

Wilhelm Piana was succeeded by his son Theodor, who had originally learned the tailor's trade. In May 1920, he received the licence to run the historic inn. He was followed by Gertrud Schmitz née Jansen, granddaughter of grandfather Richard.

After the Second World War, the Schmitz family continued to run the inn. In the 1970s, the house was leased to Luzi Bräutigam, who continued to maintain the tradition of the house until 2010.

The interior of the inn included a clock cabinet from the mid-18th century and Thonet chairs, a widely used piece of café furniture.

The "Piänchen" has one special feature:

the richly decorated oak front door. This door shows all the emblems of death: the hourglass with wings, a reference to the fast-flying life; then you see a grave shovel, the scythe of a bone man, the death torch, as well as a crown and a wreath. Emblems that indicate that kings, victors or artists must also die, just like all human beings.

Francais

Histoire

Auberge Rurblick "le Piänche" sur le Stehlings

la maison sur le Stehlings a été construite à la fin du 18ème siècle par le fabricant de tissus Matthias Schlösser comme maison d'habitation et est devenue plus tard l'un des restaurants les plus populaires de Monschau.

Le 26 septembre 1886, un incendie s'est déclaré dans la maison voisine du cordonnier et aubergiste Wilhelm Richard Piana, qui a rapidement réduit en cendres tout le bâtiment. Heureusement, il n'y a pas eu de morts ni de blessés.

En 1887, Wilhelm Richard Piana a acheté la maison de Matthias Schlösser, située à quelques mètres de là, et y a construit un débit de boissons qui a accueilli pendant des années les habitants de Monschau, jeunes et moins jeunes, de nombreuses associations et de joyeuses fêtes, et qui n'a pris fin qu'en 2010.

Le successeur de Wilhelm Piana fut son fils Theodor, qui avait initialement appris le métier de tailleur. En mai 1920, il obtint la concession pour gérer l'auberge historique. Gertrud Schmitz, née Jansen, la petite-fille du grand-père Richard, lui succéda.

Après la Seconde Guerre mondiale, la famille Schmitz a continué à gérer l'auberge. Dans les années 1970, l'établissement a été loué à Luzi Bräutigam, qui a perpétué la tradition jusqu'en 2010.

L'intérieur de l'auberge comprenait une armoire à montres datant du milieu du 18e siècle ainsi que des chaises Thonet, un meuble de café très répandu.

Le "Piänchen" présente une particularité :

la porte d'entrée en chêne richement décorée. Cette porte présente tous les emblèmes de la mort : le sablier avec des ailes, une référence à la vie qui vole rapidement ; on voit ensuite une pelle funéraire, la faux d'un homme-os, la torche de la mort, ainsi qu'une couronne et une couronne. Des emblèmes qui rappellent que les rois, les vainqueurs ou les artistes doivent eux aussi mourir, comme tous les hommes.

Nederlands

Geschiedenis

Gasthof Rurblick het “Piänche” op het Stehlings

Het huis aan de Stehlings werd eind 18e eeuw door de lakenfabrikant Matthias Schlösser als woonhuis gebouwd en werd later een van de populairste herbergen van Monschau.

Op 26 september 1886 brak er brand uit in het naastgelegen huis van de schoenmaker en herbergier Wilhelm Richard Piana aan de Stehlings, waardoor het hele gebouw snel in vlammen opging. Gelukkig waren er geen doden of gewonden.

In 1887 kocht Wilhelm Richard Piana het huis op enkele meters afstand van Matthias Schlösser en bouwde er een taverne, waar de inwoners van Monschau, jong en oud, vele verenigingen en feestelijke evenementen jarenlang een onderkomen vonden, waaraan pas in 2010 een einde kwam.

Wilhelm Piana werd opgevolgd door zijn zoon Theodor, die oorspronkelijk het kleermakersvak had geleerd. In mei 1920 kreeg hij de vergunning om de historische herberg te exploiteren. Hij werd gevolgd door Gertrud Schmitz née Jansen, kleindochter van grootvader Richard.

Na de Tweede Wereldoorlog bleef de familie Schmitz de herberg runnen. In de jaren 1970 werd het huis verhuurd aan Luzi Bräutigam, die de traditie van het huis tot 2010 in stand hield.

Het interieur van de herberg omvatte een klokkenkast uit het midden van de 18e eeuw en Thonet-stoelen, een veelgebruikt stuk cafémeubilair.

Het "Piänchen" heeft een bijzonderheid:

de rijk versierde eikenhouten voordeur. Deze deur toont alle emblemen van de dood: de zandloper met vleugels, een verwijzing naar het snelle leven; vervolgens zie je een grafschop, de zeis van een bottenman, de doodsfakkel, evenals een kroon en een krans. Emblemen die aangeven dat koningen, overwinnaars of kunstenaars ook moeten sterven, net als alle mensen.

Het huis aan de Stehlings werd eind 18e eeuw door de lakenfabrikant Matthias Schlösser als woonhuis gebouwd en werd later een van de populairste herbergen van Monschau.

Op 26 september 1886 brak er brand uit in het naastgelegen huis van de schoenmaker en herbergier Wilhelm Richard Piana aan de Stehlings, waardoor het hele gebouw snel in vlammen opging. Gelukkig waren er geen doden of gewonden.

In 1887 kocht Wilhelm Richard Piana het huis op enkele meters afstand van Matthias Schlösser en bouwde er een taverne, waar de inwoners van Monschau, jong en oud, vele verenigingen en feestelijke evenementen jarenlang een onderkomen vonden, waaraan pas in 2010 een einde kwam.

Wilhelm Piana werd opgevolgd door zijn zoon Theodor, die oorspronkelijk het kleermakersvak had geleerd. In mei 1920 kreeg hij de vergunning om de historische herberg te exploiteren. Hij werd gevolgd door Gertrud Schmitz née Jansen, kleindochter van grootvader Richard.

Na de Tweede Wereldoorlog bleef de familie Schmitz de herberg runnen. In de jaren 1970 werd het huis verhuurd aan Luzi Bräutigam, die de traditie van het huis tot 2010 in stand hield.

Het interieur van de herberg omvatte een klokkenkast uit het midden van de 18e eeuw en Thonet-stoelen, een veelgebruikt stuk cafémeubilair.

Het "Piänchen" heeft een bijzonderheid:

de rijk versierde eikenhouten voordeur. Deze deur toont alle emblemen van de dood: de zandloper met vleugels, een verwijzing naar het snelle leven; vervolgens zie je een grafschop, de zeis van een bottenman, de doodsfakkel, evenals een kroon en een krans. Emblemen die aangeven dat koningen, overwinnaars of kunstenaars ook moeten sterven, net als alle mensen.